Slagkracht Brandweer Flevoland staat onder druk
De vakbekwaamheid, paraatheid en slagkracht van de brandweermannen in Flevoland staan onder druk. Zonder extra geld dreigen die onder een acceptabel niveau te komen. Het bestuur van de Veiligheidsregio Flevoland meent dat er voor dit jaar zo'n 1,5 miljoen euro extra nodig is. De Flevolandse gemeenten moeten hier nog mee instemmen.
Het afgelopen jaar moest de brandweer noodmaatregelen nemen om de paraatheid op orde te houden zonder al te veel over het budget heen te gaan. Zo moesten er meer beroepskrachten worden ingezet en werd er minder met reële situaties geoefend om de kosten te drukken. Zeer ongewenste ontwikkelingen, zo constateert de Veiligheidsregio.
De situatie trekt bovendien een wissel op het personeel als het gaat om de onderlinge relaties en het hebben van vertrouwen in elkaar. De verlofmogelijkheden zijn beperkt waardoor de werkdruk toeneemt.
Op de vraag of zonder dat geld de veiligheid in het geding komt, antwoordt directeur Joep Rozendal van de brandweerzorg diplomatiek: "Er zijn in Nederland eisen gesteld aan de brandweerzorg. We willen graag aan die standaarden voldoen voor de veiligheid van onze mensen en voor de veiligheid van de burger in Flevoland. Daarom stellen we maatregelen voor."
Groot verloop onder de vrijwilligers
Brandweer Flevoland kreeg het afgelopen jaar te maken met meer uitgaven voor het opleiden en certificeren van vrijwilligers als gevolg van veel personele wisselingen. Maar liefst 53 manschappen en bevelvoerders verlieten het afgelopen jaar de organisatie. Dat betreft 14% van de circa 380 vrijwilligers. "Dat is een hoog percentage", zo stelt de directeur Brandweerzorg Flevoland. "Landelijk ligt dat op zo'n 10-12% en dat is ook al hoog."
Er moeten dan ook steeds vaker nieuwe vrijwilligers worden aangetrokken en worden opgeleid. "Vroeger bleef iemand dertig jaar. Nu is dat een jaar of tien." En nieuwe mensen vinden, is steeds lastiger. Daarbij komt dat het zo'n twee jaar duurt voordat nieuwe vrijwilligers de opleiding hebben afgerond. "En de vrijwilligers zijn op de dag zelf minder lang inzetbaar", aldus Rozendal.
De regio groeit, het aantal calamiteiten stijgt
Naast het grote verloop bij de vrijwilligers, heeft het korps ook te maken met een groeiende regio. Het aantal incidenten is gestegen van 2749 in 2017 naar 3183 in 2018. Door de groei vinden de incidenten op steeds grotere afstand van de kazernes plaats.
De kazerne in Almere Stad zou dan ook op den duur richting Almere Poort moeten verhuizen, zo staat in het jaarverslag van vorig jaar. Ook is een extra kazerne op de grens tussen Almere en Zeewolde op een gegeven moment nodig doordat Oosterwold zich sneller ontwikkelt dan verwacht.
De back-up is onvoldoende
Dat de brandweer het steeds moeilijker heeft, is te zien aan de jaarlijks oplopende opkomsttijden. De brandweer weet in heel Flevoland in 64 procent van de gevallen tussen de 5 en 10 minuten aanwezig te zijn na ontvangst van een melding. Landelijk ligt de norm op 90 procent.
Volgens de directeur Brandweerzorg doet Flevoland het op dit punt landelijk gezien nog niet eens slecht. Hij wijst daarbij op de recente cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek waaruit blijkt dat Flevoland op plek 7 staat met een gemiddelde opkomsttijd van 7,5 minuut.
De zorgen van Rozendal zitten meer bij de back-up, de tweede auto die uitrukt nadat een melding van een grotere calamiteit is binnengekomen. Vooral in Lelystad zijn daarvoor op de dag niet meer genoeg vrijwilligers paraat. Die zijn dan nu ook vervangen door vier beroepskrachten, anders kon de back-up bij een woningbrand niet meer worden gegarandeerd.
In het jaarverslag van vorig jaar worden er ook geen doekjes om gewonden: "De realiteit van vandaag laat zien dat de veiligheid van onze burgers en medewerkers in het geding komt, omdat er onvoldoende back-up is. De paraatheid en slagkracht van de eerste en opvolgende tankautospuiten zijn daarom strategische thema's voor de komende jaren."
De nieuwe brandweercommandant John van der Zwan trok direct na zijn aantreden in december al aan de bel tijdens een commissievergadering in Noordoostpolder. Hij noemde de Veiligheidsregio Flevoland een 'fragiele organisatie bij rampen'.
Overigens werd al vanaf 2014 door bezuinigingen op de eerste wagen met minder brandweermannen uitgerukt.
Meer inzetten op werven van vrijwilligers
Ook wordt in het jaarverslag specifiek de paraatheid en slagkracht in de gemeenten Dronten, Noordoostpolder en Zeewolde aangehaald. Die zijn kwetsbaar op doordeweekse dagen en tijdens vakantieperiodes.
Er zal in deze gebieden dan ook extra ingezet moeten worden op het werven van nieuwe vrijwilligers. De komende tijd zit de brandweer om tafel met de diverse gemeenten om te kijken hoe zij daaraan kunnen bijdragen. Zo zijn er bijvoorbeeld gemeenten elders in het land waarbij vrijwilligers voorrang krijgen op een woning.
De mogelijkheden zijn wat Rozendal betreft nog niet uitgeput. Zo vindt in Noord-Holland-Noord een pilot plaats om vrijwilligers minder taken te geven waardoor ze sneller zijn opgeleid en minder geld kosten. Ook kan er nog meer ingezet worden op het aantrekken van meer brandweervrouwen.
Hoe de toekomst er verder gaat uitzien, is volgens hem nog niet te overzien. Voor nu is het volgens de Veiligheidsregio Flevoland nodig dat er zo'n 1,5 miljoen euro bijkomt. Of dit bedrag voor de volgende jaren ook nodig is, wordt nog bekeken.