Afvoeren vervuilde PFAS-grond kostte minder dan begroot
Het afvoeren van vervuilde PFAS-grond die vrijkwam bij het realiseren van duurzame oevers in Noordoostpolder, is 3 ton onder het gereserveerde bedrag uitgekomen. Het Waterschap Zuiderzeeland reserveerde daar eind vorig jaar 1 miljoen voor.
Uiteindelijk is er 7 ton uitgegeven en is alle vervuilde grond voor de zomer van 2020 afgevoerd.
Daarmee zijn de problemen opgelost. Het Rijk heeft de normen voor de afvoer van vervuilde PFAS-grond flink aangepast. Daarom verwacht het waterschap niet dat er weer geld vrijgemaakt moet worden om vervuilde grond af te voeren bij de realisatie van de duurzame oevers.
Door de plots opgelegde PFAS-normen ontstond in 2019 grote onrust op de markt. Vrijwel alle afzetlocaties en grondbanken sloten de deuren voor gronden met PFAS. Als gevolg van de ontstane paniek schoten de prijzen voor de afvoer van grond omhoog.
Medewerkers van het waterschap staken daarna veel tijd in het vinden van afzetlocaties en het onderhandelen over de voorwaarden van de afzet. Dat heeft nut gehad. De kosten voor de grondafvoer zijn een stuk lager dan verwacht.
Tevens werd de grond begin dit jaar opnieuw onderzocht op de aanwezigheid van PFAS. Toen bleek dat een flink deel van de grond toch minder vervuild was dan uit eerdere onderzoeken bleek.