Vraagtekens bij biologische bestrijding eikenprocessierups

Geschreven door Redactie

De Partij voor de Dieren in Almere heeft vragen aan het Almeerse college gesteld over een biologisch middel dat wordt ingezet bij de bestrijding van de eikenprocessierups. Volgens de partij gaan er door het gebruik van het middel te veel andere dieren zoals lieveheersbeestjes dood. 

De eikenprocessierups komt voor in eikenbomen en zorgt voor toenemende overlast in heel Nederland. De haartjes van de rupsen zorgen voor huiduitslag, jeuk, oogirritatie en zwellingen.  

De gemeente Almere is van april tot oktober bezig met de bestrijding en gebruikt daarvoor een biologisch middel. Dat goedje bestaat uit aaltjes en bacteriën en wordt op zo'n 8.000 a 9.000 bomen twee keer aangebracht. 

Volgens de gemeente heeft dit alleen effect op rupsen die van het blad eten en niet op andere dieren en mensen. Alleen bij direct contact met het middel kunnen huid en ogen geïrriteerd raken. Daarom raadt de gemeente aan om tijdens het spuiten niet voorbij te fietsen of te lopen en de deuren en ramen dicht te houden. 

Partij voor de Dieren vindt het middel te zwaar 

Volgens de partij zeggen deskundigen dat het middel 100 andere soorten en rupsen van nachtvlinders kan aantasten en dat het middel veel te zwaar is. Het ecologisch evenwicht zou zo verstoord worden en er blijft geen voedsel over voor jonge vogels.  

De partij wil dat het college eerst afwacht wat er uit onderzoeken van de Vlinderstichting en Vogelbescherming komt zodat meer duidelijk is over de effecten van het middel. Er moet volgens de partij voor een middel worden gekozen dat uitsluitend diervriendelijk is. 

Onze Ambassadeurs