Peiling: Ruim driekwart Nederlanders tegen exotisch huisdierenbezit
Uit een opiniepeiling van Ipsos, in opdracht van Stichting AAP, blijkt dat 77% van de Nederlanders van mening is dat exotische dieren niet als huisdier gehouden zouden mogen worden. Een nog groter deel, 82%, vindt dat de handel in exotische dieren beter gereguleerd moet worden. De uitslag van deze peiling, die in april werd gehouden, ligt in lijn met een opinieonderzoek in zes Europese landen dat medio februari door Savanta ComRes werd uitgevoerd voor AAP en Eurogroup for Animals.
Hieronder volgt een greep uit de resultaten van de Nederlandse opiniepeiling.
De Nederlandse resultaten zijn een welkome steun in de rug voor AAP en voor de opstellers van de positieflijst voor huisdieren. Later dit jaar hopen we inzage te krijgen in deze nieuwe lijst, die eindelijk transparant en duidelijk moet maken welke zoogdieren veilig en goed te houden zijn. Zodra deze lijst in Nederland wordt ingevoerd, zijn alleen de diersoorten die genoemd worden nog toegestaan om te houden. Bij de beoordeling wordt ook rekening gehouden met het risico op zoönosen; ziektes die van dieren op mensen kunnen worden overgedragen zoals het huidige coronavirus.
Uit de peiling blijkt verder dat een grote meerderheid van de Nederlanders van mening is dat wilde dieren niet gevangen moeten worden om als huisdier te houden (89%), dat autoriteiten op de hoogte moeten zijn van mensen die een exotisch dier bezitten en welk dier ze bezitten (82%) en dat het bezit van huis- en hobbydieren via een lijst moet worden gereguleerd (78%).
Met betrekking tot kennis over het houden van exotische dieren zien we deze reacties op de stelling:
Exotische dieren zijn niet eenvoudig te houden als huisdier
74% is het eens met de stelling, 21% is neutraal, weet het niet of heeft geen mening.
Er moeten voldoende specialistische dierenartsen zijn voor alle dierensoorten die in Nederland zijn toegestaan
Eens, zegt 71%. 24% is neutraal, weet het niet of heeft geen mening.
Exotische dieren zijn veilig om in huis te houden
69% is het niet eens met de stelling, 25% is neutraal, weet het niet of heeft geen mening.
Exotische huisdieren vormen een risico voor onze inheemse flora en fauna/soorten
61% is het hiermee eens, 31% neutraal, weet het niet of geen mening.
Ongebreidelde handel
Stichting AAP zet zich, samen met andere dierenwelzijnsorganisaties, al jaren in voor de positieflijst. Naast Nederland hoopt AAP de positieflijst ook snel doorgevoerd te krijgen in heel Europa. Zoals nu blijkt, is het risico op ziektes die van dier op mens kunnen overspringen onacceptabel. Hoofd Wetgeving en Beleid Raquel García-Van der Walle: “Het is een wonder dat een dodelijk virus zoals het huidige coronavirus nog niet eerder opdook. Er worden in Europa miljoenen exotische dieren gehouden - vaak onder slechte omstandigheden en zonder adequate kennis, registratie en controle. We voelen ons enorm gesteund dat een grote meerderheid van de bevolking ook nee zegt tegen de ongebreidelde handel in dieren die zoveel risico’s met zich meebrengen.” Naast het risico dat houders van exotische dieren onbedoeld een nieuwe ziekte kunnen verspreiden, tast het houden van exotische dieren vaak ook dierenwelzijn aan en komt door de groeiende populariteit van sommige soorten de biodiversiteit in gevaar.
Wildgroei effectief aanpakken
Volgens de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland zijn er zo’n 260 zoogdiersoorten waarvan bekend is dat ze in Nederland worden gehouden. Van Impala’s, laaglandtapirs en reuzenkangoeroes tot brilbladneusvleermuizen, gordeldieren en servals. In het belang van mens en dier wil AAP zo snel mogelijk een einde maken aan de wildgroei van soorten die onze huiskamers en achtertuinen bevolken. De positieflijst is daarin een sterk en bewezen basis om deze problematiek effectief aan te pakken.
Deze resultaten zijn gebaseerd op onlineonderzoek van Ipsos onder een representatieve steekproef van 2.006 Nederlanders van 18 jaar en ouder. Afwijkingen tussen de samenstelling van de steekproef en de samenstelling van de Nederlandse bevolking van 18 jaar en ouder op de kenmerken leeftijd, geslacht, opleiding, regio, werkzaamheid en politieke voorkeur zijn door middel van een weging gecorrigeerd. De onnauwkeurigheidsmarges bij dit onderzoek (uitgaande van een betrouwbaarheidsinterval van 95%) lopen uiteen van ongeveer 1% tot 3%. De gegevens zijn verzameld van donderdag 16 april 2020 tot en met woensdag 22 april 2020.