"Mijn dienst morgen is van 5 tot 9 uur. Tafel dekken, praatje vooraf maken, appelmoes opscheppen, bakje koffie achteraf drinken, journaal kijken. Het gaat om persoonlijke aandacht. Al houd je maar iemands hand vast omdat ie koude handen heeft. Dat je ze een beetje kunt opwarmen. Ja, dat doet zoveel goeds bij die oudjes, dat vinden ze heerlijk. Die aandacht is gewoon goud!"

Woordvoerder Geertjan Veenstra van de Brandweer Flevoland vertelt er gepassioneerd over. Samen met nog eens 20 medewerkers van de brandweer reageerde hij op de oproep van burgemeester Pieter Broertjes van Hilversum om te helpen in de verzorgingshuizen in zijn gemeente.

Het personeel kon het niet meer alleen aan.

Volgens Veenstra is de fase dat het personeel op het tandvlees loopt ver voorbij. De reacties zijn overweldigend, zegt hij. Het personeel is erg blij met de hulp. Terwijl zij zich richten op de kerntaak van de verzorging zijn de brandweerlieden verantwoordelijk voor het sociale aspect. "De gaten die het personeel noodgedwongen moet laten vallen, vullen wij op."

Een dienst duurt vier uur en dat is volgens Veenstra lang genoeg. Wat hij en zijn collega's aan moeten trekken in het verzorgingshuis is vergelijkbaar qua warmte met de brandweerpakken die ze aan hebben als ze zelf in actie moeten komen.

Veenstra zei meteen ja op het verzoek omdat hij als brandweerman een zorgende functie heeft. Als iemand in nood is helpen we. Hij is zeker van plan door te gaan met zijn vrijwillige inzet. "Ik heb een formele verplichting richting het zorgpersoneel", besluit Veenstra.