Een 20-jarige man die ervan wordt verdacht een vechtsporter te hebben doodgeschoten op 21 december in Almere, wil nog altijd niks vertellen over het voorval. Dat bleek woensdag tijdens een pro forma-zitting in de rechtbank in Lelystad. Hij wil alleen kwijt dat hij onschuldig is. Hij vroeg of hij zijn cel mocht verlaten. 

Zijn advocaat zegt dat er te weinig aanwijzingen in het strafdossier zitten, die de betrokkenheid van zijn cliënt bij de vermeende ripdeal bewijzen. Daarnaast heeft hij een deel van het strafdossier nog niet ontvangen en volgens de advocaat kan hij zich daardoor onmogelijk goed voorbereiden op de rechtszaak. 

De officier zegt dat sommige onderzoeksresultaten bewust achtergehouden worden omdat de verdachte misschien alsnog gaat verklaren. En als hij niet precies weet wat er in het dossier zit, kan het Openbaar Ministerie beter de geloofwaardigheid van zijn verklaringen toetsen. 

Dat is volgens de advocaat echter niet de rol van de officier en hij vroeg de rechtbank dan ook om vrijgeving van het volledige strafdossier. Daar kreeg hij deels gelijk in, de officier moet sommige van de gevraagde stukken overhandigen aan de advocaat. Maar dat hoeft niet voor delen van het onderzoek die nog niet zijn afgerond. De verdachte moet hoe dan ook in zijn cel blijven tot de volgende pro forma-zitting op 17 juli, zo besloot de rechtbank verder. 

De schietpartij in een woning aan het Stadhuisplein gaat volgens de advocaat van de verdachte om een ripdeal in het drugscircuit. Zijn cliënt en een kompaan - die nog niet is gepakt door de politie - zouden het slachtoffer hebben bestolen van een partij drugs en 150 euro. Dat liep uit op een schietpartij, waarbij de vechtsporter meerdere kogels in zijn borst kreeg en overleed.