Bij bergingswerkzaamheden in het Markermeer is een van de motorblokken van de Short Stirling gevonden.

Dankzij het registratienummer van dit vliegtuigonderdeel is duidelijk geworden dat het om de BK716 gaat. In dit vliegtuig zaten zeven bemanningsleden. Hun nabestaanden worden hierover geïnformeerd.

Maandag 31 augustus zijn de werkzaamheden gestart om het wrak van een Short Stirling te bergen die een aantal kilometers buiten de kust van Almere in het Markermeer ligt. In 2008 haalde de Koninklijke Nederlandse Redding Maatschappij een onderdeel naar boven van het landingsgestel. De stichting Aircraft Recovery Group 1940-1945 dacht in eerste instantie dat het om de BK710 ging, maar na nieuw onderzoek kwam de BK716 als mogelijke kandidaat naar voren.

De identiteit van dit vliegtuig kon pas bevestigd worden nadat het Ministerie van Defensie wrakdelen borg die identificeerbaar waren. Dat is in de eerste week van deze berging gelukt. 'We zijn verheugd met dit resultaat,' vertelt Hilde van Garderen, wethouder Cultuur van de gemeente Almere: 'Het is een bevestiging voor nabestaanden van de bemanningsleden, die hiermee zekerheid hebben gekregen over het lot van hun familielid.' 

BK716 

De BK716 stortte in de nacht van 29 op 30 maart 1943 neer op de terugweg van een aanval op Berlijn. Op de terugweg naar haar thuisbasis Downham Market in Norfolk is het vliegtuig neergeschoten door een Duitse nachtjager.

De crew van de BK716 bestond uit Engelse en Canadese bemanningsleden

• Flying Officer John Frederick Harris
  
• Sergeant Ronald Kennedy
  
• Flying Officer Harry Gregory Farrington
  
• Sergeant Charles Armstrong Bell
  
• Flying Officer John Michael Campbell
  
• Sergeant Leonard Richard James Shrubsall
  
• Flying Sergeant John Francis James McCaw
  

Berging Short Stirling op het Markermeer

Het Ministerie van Defensie voert de werkzaamheden samen met Leemans Speciaalwerken uit in opdracht van de gemeente Almere, en in het kader van het Nationaal Programma berging vliegtuigwrakken van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en in samenwerking met Provincie Flevoland. Naar verwachting duurt de berging vier à vijf weken, afhankelijk van de weersomstandigheden. Mogelijk bevinden zich tussen de wrakstukken nog stoffelijke resten van de eerder genoemde bemanningsleden.

Nationaal programma berging vliegtuigwrakken 

Deze berging maakt deel uit van het Nationaal Programma berging vliegtuigwrakken. Gemeente Almere is opdrachtgever. Het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) en het ministerie van Defensie ondersteunen de gemeente bij de berging met geld en advies.

Het Nationaal Programma berging vliegtuigwrakken startte in 2019 en zorgt voor de berging van circa 30 vliegtuigen waarbij grote kans is op het aantreffen van stoffelijke resten. Dit programma is gestart om aan de lang gekoesterde wens van nabestaanden tegemoet te komen om hun vermiste familieleden een graf te kunnen geven en om zekerheid te krijgen over hun lot. Ook viert Nederland in 2020 75 jaar bevrijding, waarbij de bergingen een betekenisvol gebaar zijn.