Een Europees verbod op neonicotinoïden, die werden gebruikt tegen insecten, leidt tot schade bij bietentelers.

Een deel van de Flevolandse akkerbouwers neemt maatregelen om (verdere) schade aan hun suikerbieten te voorkomen. De schade wordt veroorzaakt door insecten als de bladluis en bietenkevers. Zij vreten de jonge kiemplanten op.

Tot vorig jaar konden telers werken met gecoat bietenzaad. Dit betekent dat elk zaadje voorzien was van een heel dun laagje met gewasbeschermingsmiddel met neonicotinoïden erin. Deze coating beschermde het zaadje en later de kiem tegen vraat van insecten. De Europese Commissie besloot vorig jaar dat neonicotinoïden niet meer gebruikt mogen worden, omdat de werkzame stoffen in het gif schadelijk zijn voor bijen en hommels. 

De bietentelers moeten nu extra spuiten met insecticiden om hun kiemplanten te redden. Soms moeten telers zelfs opnieuw zaaien. 

Minder opbrengst en meer kosten 

Volgens Gert Sikken, directeur agrarisch zaken van de Suiker Unie, kan dit bij de telers leiden tot schade. Ze hebben namelijk minder opbrengst en moeten ook meer kosten maken. Daarnaast zijn de middelen waarmee nu wordt gespoten volgens hem veel minder gericht en worden daarmee misschien ook nuttige insecten bestreden.

Arnold Michielsen van LTO Noord zegt dat er onder akkerbouwers veel verontwaardiging is over de veranderde regelgeving. Volgens hem gebruikten telers eerst zo'n 200 cc aan middelen en gaat het nu om liters. ''Dat is niet wat je met elkaar wil,'' aldus Michielsen. 

Brief aan de minister 

LTO Akkerbouw, NAJK, NAV en Royal Cosun hebben een brief gestuurd aan minister Schouten van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. De sectororganisaties vinden de situatie zo alarmerend dat ze met minister Schouten in gesprek willen.

“Het stuit ons als akkerbouwers tegen de borst dat dit Europese verbod leidt tot een toename van de inzet van insecticiden in de bietenteelt. Daar is het milieu niet bij gebaat, daar zijn de bijen niet bij gebaat en daar is de bietenteler niet bij gebaat”, schrijven zij de minister.