Een Almeerse notaris mag niet langer zijn vak uitoefenen, omdat hij een valse brief over een forse hoeveelheid geld had geschreven. Dat heeft de Kamer voor het Notariaat Arnhem-Leeuwarden bepaald, in een zaak die was aangespannen door het Openbaar Ministerie. Het OM verdenkt de notaris al sinds 2017 van oplichting en het witwassen van crimineel geld. Dit strafrechtelijk onderzoek loopt nog altijd. 

Met de brief kon de notaris derden overtuigen dat een cliënt van hem in het bezit was van maar liefst 1,5 miljard Venezolaanse Bolivars, legaal. Omgerekend is dat zo'n 140 miljoen euro. Zo kon het geld vermoedelijk worden witgewassen. 

De notaris vertelde tijdens een verhoor in 2017 een filmpje op de mobiele telefoon van zijn cliënt te hebben gezien. Daarop werden pallets met contant geld getoond. "Voor zover ik me kan herinneren werd er ingezoomd op het geld. Ik zag biljetten. Ik kan me herinneren dat het Bolivars waren." De Kamer voor het Notariaat neemt het de notaris kwalijk dat hij geen moeite heeft genomen om te onderzoeken of het geld echt en legaal was.  

Geld weg 

Van dit geld ontbreekt voorlopig nog elk spoor. Wel werden bij de notaris thuis 12.000 euro in contanten aangetroffen. Ook werd de notaris in 2018 tweemaal voor drie maanden geschorst voor andere misdragingen. Tijdens zijn schorsing zou de notaris toch werkzaamheden hebben verricht. Het opstellen van de valse brief deed voor de Kamer de deur definitief dicht. 

Volgens de Kamer voor het Notariaat heeft de notaris zich in alle situaties 'niet in staat getoond de keuzes te maken die van hem als notaris op grond van zijn wettelijke en maatschappelijke positie en verplichtingen verwacht mogen en moeten worden'. Dat de notaris inmiddels maatregelen heeft genomen om zijn bedrijfsvoering te verbeteren doet aan het 'ernstig verwijtbare gedrag' niet af. De notaris heeft het maatschappelijk vertrouwen in de integere en zorgvuldige vervulling van het notarisambt geschaad, aldus de Kamer. 

De notaris heeft inmiddels in een brief aan klanten laten weten dat hij tegen de uitspraak in beroep is gegaan.