Eigenaren blowboot na bijna 11 jaar opnieuw voor de rechter
De rechtbank in Lelystad buigt zich na bijna 11 jaar opnieuw over de zaak rond de blowboot in Almere. Het Openbaar Ministerie vond in 2010 dat de twee eigenaren en bedrijfsleider veroordeeld moesten worden voor het bezit van te grote hoeveelheden softdrugs. Er werden forse boetes geëist en celstraffen oplopend tot 11 maanden. De rechtbank sprak de drie echter vrij.
Het OM liet het daar niet bij zitten en ging in hoger beroep. In 2014 oordeelde het Gerechtshof in Leeuwarden al dat de zaak overgedaan moet worden. Pas vandaag wordt daarmee begonnen.
De coffeeshop in het centrum van Almere werd in 2009 enkele weken gesloten nadat bij een medewerker thuis tientallen kilo's drugs werden aangetroffen. Volgens de regels mocht een coffeeshop slechts 500 gram softdrugs op voorraad hebben. Die hoeveelheid was voor de coffeeshop onvoldoende om alle klanten te voorzien. Advocaat Gerard Spong, die de blowboot bijstaat, gaf aan dat gemeente en politie op de hoogte waren van de situatie. "Zij sloten de ogen gedeeltelijk, maar wisten verdomd goed wat er gebeurde", zo vertelde hij in 2010.
De rechtbank volgde die redenatie. De persrechter vatte het als volgt samen: "Als er een plek is waar softdrugs verkocht wordt, dan moet er ook voorraad worden aangeleverd. En het was dus ook logisch dat er een plek was waar die voorraad zou zijn. Het Openbaar Ministerie, politie en de burgemeester hebben dat jarenlang zo laten gebeuren. Zonder op enig moment mensen erop te wijzen: het zou wel eens anders kunnen liggen en het mag niet." Het Gerechtshof oordeelde in 2014 tijdens het hoger beroep anders, door te stellen dat ondanks gemaakte afspraken de verdachten er niet van uit konden gaan dat ze buiten schot zouden blijven.
Een vergelijkbare zaak rond coffeeshop Checkpoint in Terneuzen sleept zich ook al jaren voort. De zitting die woensdag plaatsvindt bij de rechtbank in Lelystad is een regiezitting. Er wordt dan gekeken wat nog nodig is voordat het proces inhoudelijk van start kan gaan. Zo kan er besloten worden of er getuigen opgeroepen moeten worden. De daadwerkelijke behandeling van de strafzaak laat dus nog even langer op zich wachten.